Oefening van de week: squat

De Koning onder de fitnessoefeningen: de squat. Een relatief makkelijke oefening, maar wel intensief! Met squats (ookwel kniebuigen of hurken genoemd) train je vooral been- en bilspieren, maar werk je ook aan je kuiten, armen, rug en buikspieren. Bij de squat is het namelijk van belang om een goede balans te houden en dus je buik aan te spannen. En het leuke is; je kunt ‘m overal doen, omdat er weinig ruimte nodig is. Doe bijvoorbeeld vijftien squats onder de douche of tijdens de televisiereclame.

Goede uitvoering van de squat:

1. Zet je voeten iets breder uit elkaar dan schouderbreedte.
2. Leg eventueel een stang met gewichten in je nek – maar begin zonder gewicht als je nog kracht wilt opbouwen.
3. Zoek een focuspunt. Het is belangrijk om recht voor je te blijven kijken.
4. Houd je borst vooruit en duw je kont naar achteren. Ga op een denkbeeldig krukje zitten. Zak dus naar beneden zodat je knieën een hoek van 90 graden maken.
5. Keer terug naar de beginpositie, knijp daarbij je bilspieren aan.

Foute uitvoering van de squat:

1. Kijk niet naar beneden als je zakt, daarmee kun je je rug namelijk zwaar belasten. Als je naar beneden kijkt dan kan je rug gaan bollen. Je rug moet recht blijven en je core aangespannen.
2. Kijk niet omhoog als je naar boven komt. Ook hiermee kun je je rug belasten doordat deze hol gaat staan.
3. Duw niet af vanaf de bal van je voet, maar vanaf je hakken.
4. Doe de oefening gecontroleerd en op eigen tempo, zodat je geen pijntjes in je gewrichten voelt.